Leeuwenbergh tuinen

Kleine vuurvlinder

Kleine vuurvlinder (Lycaena phlaeas)
De kleine vuurvlinder, een vrij kleine vlinder zoals de naam al aangeeft, vliegt hier in drie generaties. Vliegend is hij moeilijk te herkennen, maar zodra hij gaat zitten, opent hij zijn vleugels en maakt de warme oranje kleur snel duidelijk om wie het hier gaat.

Hoe kun je de kleine vuurvlinder herkennen?
De kleine vuurvlinder heeft een vleugelspanwijdte van 22 tot 27 mm.
De bovenkant van de vleugels is oranje, met onregelmatige zwarte vlekken. De onderkant is bruin, met kleine vlekjes en een oranje band.
De rups van de kleine vuurvlinder is groen, met een roze tot rode buitenrand en een rugstreep in het midden. Ze kan 15 tot 18 mm lang worden en is behaard.
De grote en de bruine vuurvlinder zijn gelijkende soorten. De onderkant van de achtervleugel van de grote vuurvlinder is echter lichtblauw, met een oranje band en de bruine vuurvlinder heeft op de onderkant van zijn achtervleugels verschillende zwarte stippen.

Wat eet de kleine vuurvlinder?
De kleine vuurvlinder kan je terugvinden op een groot aantal kruiden, waaronder jacobskruiskruid en bezemkruiskruid.
Wat eet de rups van de kleine vuurvlinder?
De waardplant van de rups is schapenzuring, en in sommige gevallen ook wel veldzuring.

Waar leeft de kleine vuurvlinder?
De kleine vuurvlinder heeft een ruim verspreidingsgebied, dat zich uitstrekt van noordelijk Scandinavië tot Noord-Afrika en van Groot-Brittannië en Frankrijk tot Japan. Bij ons is het een algemene standvlinder, die over het hele land voorkomt.
Vertoeven doet deze vlinder het liefst in voedselarme gebieden, zoals schraal en droog grasland. In de buurt van heidevelden, duinen, braakliggende gronden en bermen komt hij ook voor. De kleine vuurvlinder overwintert als rups in de strooisellaag, nabij zijn waardplant.

Hoe plant de kleine vuurvlinder zich voort?
De kleine vuurvlinder vliegt van april tot oktober, dit in 2 of 3 generaties. Van april tot midden juni vliegt de eerste generatie, van begin juli tot begin oktober krijgen we de tweede generatie te zien. Wanneer het erg warm is, kan er ook nog een derde generatie vliegen vanaf eind augustus tot begin november.
Zoals andere vlinders, verdedigt het mannetje van de kleine vuurvlinder een territorium. De vrouwtjes zetten de eitjes af op de onderkant of bovenkant van een blad van de schapenzuring, of in sommige gevallen ook van de veldzuring. De rups maakt een groef in de onderkant van een blad en voedt zich met het binnenste van het blad. De bovenkant van het blad blijft intact, enkel wat doorschijnende gedeeltes op het blad verraden de aanwezigheid van de rups. Verpoppen doet de rups in de strooisellaag, dichtbij de waardplant.

Weetjes over de kleine vuurvlinder
Het afzetten van de eitjes gebeurt enkel bij zonnig weer, wanneer er een wolk voor de zon schuift, stopt het vrouwtje met het leggen van eitjes en ze begint pas opnieuw wanneer de zon er weer is.
De mannetjes van de kleine vuurvlinder verdedigen hun territorium fanatiek. Ze plaatsen zich op een steen of bloem om een goed zicht te hebben. Wanneer een ander mannetje het territorium binnenvliegt, verjaagt het lokale mannetje de indringer door er snel omheen te vliegen.

Wat kan jij doen voor de kleine vuurvlinder?
Je kan de kleine vuurvlinder helpen door schapenzuring en veldzuring toe te laten in je tuin. Die komen meestal vanzelf als je gazon voedselarm genoeg is. Het goed onderhouden van schraal grasland, de favoriete stek van de kleine vuurvlinder, is ook een belangrijke maatregel om de soort te helpen.