Leeuwenbergh tuinen


Over de bosstrook van Tuinvereniging Leeuwenbergh

Bericht van Veronica Hekking – 57 met foto’s van Peter van Leeuwen – 85

Tuinvereniging Leeuwenbergh is opgericht in 1981. Wat nu de bosstrook langs de Westvlietweg is, was niet altijd met wilgen en bergen begroeid. Voordat de tuintjes van tuinvereniging Leeuwenbergh werden aangelegd, lagen hier de voetbalvelden van de RKSV Wit Blauw. Ook al is het niet makkelijk voor te stellen, het gaat om een historisch stukje grond. Aan het begin van onze jaartelling ontstond vlakbij het tuincomplex een Romeinse stad, het Forum Hadriani, de stad van Hadrianus.De Romeinen bleven er ruim twee eeuwen, het is spannend te bedenken dat zij hier hebben rondgelopen.

Kruidentuin
De eerste activiteiten in wat later de bosstrook werd, dateren al van het begin van de tuinvereniging. Niet lang na de oprichting werd er door een aantal leden een kruidentuin aangelegd, de resten van een muurtje getuigen daar nog van. De kruidentuin lag toen nog in de zon, de wilgen en essen stonden er nog niet. Wel lag er een enorme hoop puin en bouwafval dat inmiddels voor een groot deel is afgevoerd. 

Bosstrook
Maar het aanzien van die strook veranderde snel, er ontstond een bos doordat de zaden van elzen, essen, esdoorns, wilgen en berken uit de omgeving het braakliggende terrein inwaaiden en daar ontkiemden. Het zijn boomsoorten die in deze omgeving goed gedijen en veel voorkomen. Of er destijds ook bomen zijn geplant weet ik niet. Helaas kon bij navraag niemand mij dat vertellen.

Doel
Het doel van het bosonderhoud is het bevorderen van de diversiteit en bij nieuwe aanplant te kiezen voor inheemse soorten die al sinds duizenden jaren voedsel bieden aan de hier voorkomende fauna. In het verleden is daar veel minder rekening mee gehouden en werd veel geïmporteerd uit goedkopere landen.

Groene long en paddenbiotoop
Samen met de 88 tuinen vormt de bosstrook een groene long.  Het terrein vormt een belangrijke biotoopvoor padden en kikkers, hoewel kikkers in de minderheid zijn. De padden vinden tijdens de winterslaap een plek tussen bladeren, onder boomstronken, stenen, hoopjes takken en de takkenrillen in het bos. Ze kunnen zich met hun achterpoten ingraven in losse aarde. Ieder voorjaar zijn vrijwilligers uit de buurt tijdens de paddentrek actief langs de Elzenlaan bij het overzetten van padden en kikkers onder leiding van Paul Daeleman. De score wordt bijgehouden, zo weten we ook dat het aantal kikkers gedurende twee jaar drastisch is verminderd, het afgelopen voorjaar werden er weer meer geteld. Het zou mij niet verbazen als dat komt door de  Amerikaanse rivierkreeften die regelmatig worden gesignaleerd. De kreeften zijn alleseters ze eten onderwaterplanten met alles wat daartussen leeft zoals kikkerdril en slakkeneieren, maar ook insectenlarven, visjes, weekdieren en zelfs soortgenoten.

Ecologie en biodiversiteit
Als een bos z’n eigen gang kan gaan, groeien de zaailingen daar waar ze op een kluitje door de wind worden gedeponeerd. Dat geldt ook op ons terrein. Het is dus opletten in het voorjaar: zaailingen kunnen makkelijk worden uitgetrokken maar een driejarige es met penwortel is er moeilijk meer uit te krijgen. Sommige wilgen zijn na dertig jaar verzwakt, een aantal waaide om., een aantal zijn enkele jaren gekapt. Dat bracht meer licht en ruimte. Ook door het rooien van de brandnetels en bramen ontstond er meer diversiteit. Die sterke groeiers maakten plaats voor veel meer sneeuwklokjes. Zo groeien er Er kwamen meer inheemse planten spontaan op zoals witte dovenetel (Lamium album), vingerhelmbloem (Corydalis), engelwortel (Angelica), hondsdraf, de eerder genoemde stinkende gouwe, look-zonder-look en fluitenkruid op. In januari bloeit inmiddels een tapijt van sneeuwklokjes. Boslathyrus en wilde akelei hebben we zelf gezaaid, de inheemse bosclematis siert het hek. Tongvarenshebben we geplant en vermeerderd, een enkele heeft zich uitgezaaid in een naburige varen. Verder groeien er wilde narcissen, en twee soorten primula, sleutelbloem en het piepkleine geel bloeiende speenkruid. Bijzonder is de hemelsblauwe Kaukasische smeerwortel, een goede bijenplant. Waarschijnlijk hier gekomen vanuit – een van – de historische kruidentuinen van de landgoederen langs de Vliet.

Omdat we ook in de heesterlaag de diversiteit wilden bevorderen is de twintig meter sneeuwbes (Symphoricarpos) verwijderd. Deze struik vermeerdert zich met groot gemak via de bessen en via lange wortels. De uitheemse sneeuwbes maakte plaats voor wilde appel, (Malus sylvestris), inheemse rood bloeiende kardinaalsmuts (Euyonimus), de inheemse gele kornoelje (Cornus mas) en sleedoorn (Prunus spinoza) waarvan de paarsblauwe bessen zodra die rijp zijn razendsnel door merels worden opgegeten. Dat geldt ook voor de vlierbessen waar lijsters, merels, de zwartkopmees en roodborstjes op afkomen. Veel van die struiken en bomen hebben wij besteld bij de stichting Heg en Landschap die de aanplant van inheemse plantgoed stimuleert en als bosplantsoen (jonge boompjes) verspreidt.

Kringloop
Eigenlijk zijn er meerdere kringlopen, langs het hele bospad liggen takkenrillen. De onderste takken en boomstronken van de takkenrillen beginnen te verteren, dood en rottend hout is een voedselbron voor vele micro-organismen en ongewervelden en vormt een belangrijke schakel in het voedselweb van het bosecosysteem. Het allerfijnste materiaal, het houtmolm gebruiken wij als mulch bij de aanplant van jonge boompjes en struikjes. Een laag mulch houdt het vocht vast en neemt extra water op, dat scheelt enigszins in het water geven na de aanplant. De bloesem van bloeiende struiken, blad en bessen bieden voedsel aan vlinders, rupsen en vogels. Achter de takkenrillen mogen de bramen en brandnetels hun gang gaan; brandnetels zijn de waardplanten voor de rupsen van de dagpauwoog en de kleine vos. Wilgenkatjes bloeien vroeg in het voorjaar en bieden stuifmeel aan de eerste uitvliegende wilde bijen en in het door een specht gemaakte gat huist de vleermuis.

   


Het Paddenbos / De Poes

2 Berichten van Veronica Hekking (tuin 57)

Paddenbos
Vrijdag 1 september verscheen in het AD onderstaand artikel van journalist Till Behne over de bosstrook van onze Tuinvereniging.  Till Behne kwam ons op het spoor via de coördinator van vereniging Velt. De column is geïllustreerd met een foto van Peter van Leeuwen (tuin 85).

Poes
Het beige-witte katje dat regelmatig onze tuinen bezoekt heet Yoki, De eigenaar heeft zich inmiddels gemeld dankzij de flyers die Caroline in de buurt heeft verspreid. Yoshi die ook bij ons wordt gesignaleerd en Yoki wonen samen op Park Leeuwendaal. Caroline adviseert de katjes geen eten te geven zodat zij regelmatiger naar huis komen. De eigenaar is geadviseerd om de katjes te chippen en een halsbandje met adresgegevens om te doen.

Scan-1-Sep-2023-at-15.32


Fotoreportage van het lentebos

Bericht van Veronica Hekking (tuin 57)

Peter van Leeuwen (tuin 85) trok met zijn nieuwe camera het bos in voor een lentereportage. Om te fotograferen bij mooi licht, wachtte hij een zonnige dag af. Dankzij het koele weer is het blad aan de bomen en struiken nog niet volledig uitgekomen, dat geeft een mooi gefilterd zonlicht. De sneeuwklokjes en ook de primula’s zijn uitgebloeid, de narcissen staan er nog fris bij en de paarse bloemetjes van de holwortel (corydalis cava) komen ieder jaar op meer plekken terug. Het is een van de oudst bekende stinzenplanten en kwam in het bos op nadat de wat al te dominante brandnetels en bramen werden gerooid waar dat nodig was. De paarse holwortel verspreidt zich vrij makkelijk maar het proces kan een handje worden geholpen door hier en daar een polletje voorzichtig te verdelen en een eindje verderop te planten. Dat gaat ook op voor de witte bosanemoontjes (Anemone sylvestris) die overal in het bos welkom zijn. Bij narcissen duurt het ruim drie jaar voordat het zaad een plant oplevert en ook die mogen zich verspreiden. Maar het  geldt niet voor de Canadese kornoelje (Cornus sericea). De naam zegt het al, deze soort is niet van hier. Zeker niet alle uitheemse struiken en bomen zijn woekeraars maar deze kornoelje uit  Noord-Amerika vermeerdert zich zelf op verschillende manieren: via het door vogels verspreide zaad uit de bessen, door neerhangende wortelende takken en via lange wortels die soms om de circa twintig centimeter uitlopen. Dit opschot kan gaan overheersen en de groei van andere planten belemmeren. De Cornus sericea werd gekweekt, ontsnapte uit tuinen en raakte verwilderd en ingeburgerd.

Naarmate het seizoen vordert raakt het bos voller en voller, het wordt donkerder en andere struiken gaan bloeien. De kardinaalsmuts krijgt in mei kleine wit-gele bloemetjes en in september, oktober roze-rode vruchtjes met oplichtend oranje zaad. De sleedoorns krijgen zwarte bessen en de bosrozen gaan bloeien. Let op de oranje en rode bottels daarna.

Namens de Bosgroep
Veronica Hekking (tuin 57)

Narcis
Gulden sleutelbloem (Primula)
Holwortel
Bosanemoon
Hazelaar
Opschot van kornoeljes
Opschot van kornoeljes
Doorzicht in het bos
Bemost hout
Twijg van een kornoelje


De paddentrek van 2023

Bericht van Veronica Hekking (tuin 57)

Van Paul Daeleman, bewoner van Park Leeuwenbergh en sinds elf jaar coördinator van de paddentrek rondom Leeuwenbergh, kreeg ik enkele dagen geleden bericht dat de paddentrek vrijwel voorbij is. Samen met een groep vrijwilligers zorgt Paul elk jaar dat de padden en kikkers veilig over de Elzenlaan kunnen trekken richting de sloot. Dit jaar werden er gelukkig meer padden overgezet dan vorig en eervorig jaar. Ook landelijk werden er in die twee jaar veel minder padden en kikkers  geteld dan in daaraan voorgaande jaren.

Hieronder het resultaat van drie jaren paddentrek:
2021: 155 padden en 21 kikkers
2022: 158 padden en 8 kikkers
2023: 271 padden en 37 kikkers

Daelemans conclusie luidt: ‘Extra gunstig dit jaar zijn de dodencijfers, de laagste sinds de werkgroep bestaat: 3,3 % voor de padden en 0 % voor de kikkers. Een dikke pluim voor ons allemaal dus. Dit neemt niet weg dat het aantal getelde dieren dit jaar schril afsteekt tegen dat van het topjaar 2019 voor de padden (664) en 2015 voor de kikkers (156).
De tuinvereniging kan tevreden zijn met zijn constatering dat het ‘paddenbos’ bijzonder belangrijk is voor de paddenpopulatie van Park Leeuwenbergh. ‘We merken ieder jaar opnieuw dat dit een gewild overwinteringsgebied is van onze padden.’

Paul Daeleman zorgt nog voor een uitgebreid verslag van de paddentrek Park Leeuwenbergh 2023.

Veronica Hekking (tuin 57)


Filmtip: “Onder het Maaiveld”

Bericht van Henk van Hoorn (tuin 13)

Van Mariette Mulder (tuin 2) kregen we de tip om naar de Film “Onder het Maaiveld” te gaan. Willemien en ik hebben de film gisteren bekeken in het Filmhuis van Den Haag (https://filmhuisdenhaag.nl). Erg mooie beelden en veel informatie hoe je een goed bodemleven krijgt. Een aanrader! De film draait in het Haagse Filmhuis in elk geval t/m 20 april.

De makers van De Nieuwe Wildernis en De Wilde Stad gaan ondergronds. De film Onder Het Maaiveld maakt het ongeziene gezien. De film inspireert en verwondert en geeft inzicht in de bodem. Naast de wereld boven de grond bevolkt door planten, insecten en vogels, maar vooral door mensen, bevindt zich een tweede wereld: een ondergrondse gemeenschap van wortels, larven, wormen, schimmels, bacteriën, amoeben en geleedpotigen. Het bestaan van deze wereld zal niemand verrassen, maar dat al het leven in die microkosmos druk met elkaar communiceert is ronduit verbazingwekkend. Er zitten meer levende wezens in één theelepel gezonde grond dan er mensen op aarde zijn. 

‘Fascinerende nieuw documentaire van De nieuwe wildernis-regisseur Verkerk’ ★★★★ – de Volkskrant 
‘Spectaculaire kijk op een onderaards rijk’ ★★★ – NRC
‘Een film vol details over het ecosysteem onder je voeten’ – Trouw 


Gewilde sneeuwklokjes en opdringerige kornoelje

Bericht van Veronica Hekking

Een paar weken geleden zijn de sneeuwklokjes boven de grond gekomen. Helaas scheen de zon spaarzaam; met zon zijn de klokjes op hun mooist. Dus let op het weer en ga even kijken als de zon schijnt.

In het najaar van 2019 werd er een flink aantal wilgen gekapt die het eindstadium van hun groei hadden bereikt en er waren al enkele zwakke exemplaren tijdens een storm omver geblazen. Dat bracht meer licht in het bos en biedt nu gunstigere omstandigheden: de in het bos aangeplante sleedoorns, bosrozen, kardinaalsmutsen en enkele wilde appels hebben dat licht hard nodig voor een rijkere bloei. De sleedoornbessen die aan het eind van de zomer verschijnen zijn bij merels geliefd.

De wit bloeiende Amerikaanse of ook wel Canadese kornoelje (Cornus sericea) profiteert ook van het licht. De afgelopen twee jaar werd dat zichtbaar. Op tal van plekken verschenen groene sprieten, uitdijende struiken en wortelende takken. Deze kornoelje heeft drie methodes om zich te verspreiden: via het zaad van de bessen, vanuit lange ondergrondse wortels en via wortelende takken. Dat kan dus snel gaan. Gemeentes, landgoedbeheerders, de Wageningse Universiteit en het platform Invasieve exoten* waarschuwen voor deze opdringerige plant. Door het rooien van deze kornoelje ontstaat er ruimte voor minder opdringerige inheemse struiken en boompjes.

Verwar deze kornoelje niet met de Cornus mas. De geel bloeiende kornoelje waarvan we er dankzij de actie ‘Bomen voor Den Haag’, drie hebben aangeplant langs het hek samen met twee meidoorns en een witbloeiende vogelkers, de Prunus padus.

Maak een rondje over het nieuw aangelegde tegelpad langs het bos, binnenkort bloeien daar ook de gele primula’s.

Veronica Hekking (tuin 57)
De Bosgroep

* Vier keer per jaar verschijnt de nieuwsbrief ‘Kijk op Exoten’. De nieuwsbroief wordt uitgegeven door meerdere organisaties, waaronder Floron (onderzoek naar de Nederlandse flora), Eis (kenniscentrum insecten), Ravon (onderzoek naar amfibieen, reptielen en vissen), Sovon (vogelonderzoek).


Start actie Bomen voor Den Haag: maandag 23 mei

Bericht van Veronica Hekking (tuin 57)

Bomen voor Den Haag dat betekent ook bomen voor Leeuwenbergh. De gemeente Den Haag heeft in samenwerking met Duurzaam Den Haag in 2021 bijna 1.400 bomen geleverd aan bewoners van de stad. Dit jaar start de actie op maandag 23 mei. De bomen worden aan het eind van het jaar gebracht, dat is het beste plantseizoen.

Je krijgt de boom gratis. Op de website (https://duurzaamdenhaag.nl/activiteiten/bomen-voor-den-haag-krijg-een-gratis-boom) staat een duidelijk overzicht van de aangeboden soorten, eigenschappen, standplaats, hoogte, te weten groot, middelgroot en klein.
Vorig jaar leverde de actie voor onze tuinvereniging twee boompjes op. Een daarvan is een geel bloeiende kornoelje (Cornus mas) die is geplant langs de slootkant in de hoek bij de Elzenlaan. Deze in het vroege voorjaar bloeiende kornoelje staat er samen met vier andere kornoeljes. Dit jaar bloeiden ze nog niet, maar volgend jaar kunnen we een fris gele haag verwachten op de plek waar eerder hoge wilgen stonden. Langzaam aan zal de plek weer gevuld raken.

Alle bomen worden aangeleverd in de maat 8-10, dit is de omtrek van de stam in cm. De hoogte van de bomen is ongeveer 3 meter. In het overzicht worden de bomen ingedeeld in groot, middelgroot en klein. Een voorbeeld: als middelgrote bomen worden de magnolia, een appel en een peer genoemd. Als kleine boom worden vermeld: de goudenregen, een mispel en een sierkers.

En belangrijk: de bomen in de lijst hebben weinig onderhoud nodig, alleen
begeleidingssnoei.

Veronica (tuin 57)


De lente: witte sneeuwklokjes, gele primula’s en licht paarse holwortel

Bericht van Veronica Hekking (tuin 57)

De eerste sneeuwklokjes piepten rond twintig januari boven de grond in de bosstrook van Leeuwenbergh. Ieder jaar verschijnen er in de loop van januari meer en inmiddels begint het hele bos met verspreide wolkjes wit te kleuren. Goed ontwikkelde sneeuwklokjes vormen broedbolletjes en zaaien zich regelmatig uit. Zo worden de pollen steeds gevulder. Door ze vervolgens hier en daar op te nemen, te splitsen en op een andere plek terug te zetten, vermeerderen ze zich steeds sneller. Dat geldt eveneens voor de de narcissen. Stevig geel als die zijn, kunnen ze niet over het hoofd worden gezien.
Bij gunstig weer vormen de bloeiende sneeuwklokjes een rijke voedselbron voor de vroege honingbij en de hommels. Uit de klokjes halen ze een licht oranjekleurig stuifmeel.
Ook de zachtgele primula’s (slanke sleutelbloem) die op dit moment bloeien, zijn drachtplanten voor de bijen. Ze hebben zich nog niet zo vermeerderd als de sneeuwklokjes, maar zijn duidelijk te zien tussen het lichte groen van het opkomende fluitekruid. Waarschijnlijk gaan die primula’s zich ook wel uitzaaien. Er is in dit jaargetijde steeds meer te zien in het bos; het licht paarse vingerhelmkruid kwam deze week boven de grond en de sleedoorn vertoont kleine witte bloemknopjes.
Er staat een bankje klaar om dit alles rustig te bewonderen.

Veronica Hekking
Ik ben vaak op tuin 57 voor eventuele vragen of een rondje door het bos.