Leeuwenbergh tuinen

Vogels lokken – 4. de Pimpelmees

Bericht van de Groencommissie (zie ook pagina VOGELS LOKKEN)

Wie van vogels houdt, ziet ze graag ook in de tuin verschijnen. We lokken ze met voedsel, hangend of staand en op de juiste plek. Het is een leuke uitdaging om je tuin zo uitnodigend mogelijk te maken voor broedende vogels in de tuin.

Je tuin is aantrekkelijker voor vogels als je begroeiing in laagjes hebt. Dat wil zeggen afwisseling van hoge en lage planten en struiken. Ook hogere bomen in de omgeving zijn belangrijk.
Verder helpt het als je eetbaar groen in je tuin hebt staan. Denk aan struiken met bessen of bomen met vruchten.
Vogels zullen ook eerder in je tuin te vinden zijn als ze er nestmateriaal kunnen vinden zoals takjes, pluisjes en blaadjes. Nestjes zullen ze pas maken als er voldoende schuilplekken zijn bijvoorbeeld in doornstruiken of een heg. Wanneer je nestkastjes ophangt let er dan op dat er een rustplek is in de aanvliegroute en hang een nestkast niet in de volle zon.

Deze keer de Pimpelmees

Waar koolmees te vinden is zie je ook vaak de pimpelmees. Ze lijken ook wel op elkaar maar zijn toch ook wel uit elkaar te houden.
De pimpelmees is kleiner dan de koolmees en heeft een korte snavel. Het mannetje en vrouwtje zijn zo goed als gelijk en hebben beide een blauwe kruin met witte begrenzing. De bovenzijde is groenachtig en de onderzijde geel zonder zwarte streep. De pimpelmees heeft blauwe vleugels met een witte vleugelstreep. Het is de enige kleine Europese vogel met een geel-blauw verenkleed. De jongere vogels zijn op de kop groenachtig (dus niet blauw) en op de wang geelachtig.
Er wordt een grote intelligentie toegeschreven aan deze vogel, deels omdat hij in staat is om nieuwe voedselbronnen te vinden. Zodra er een nieuwe bron van voedsel ontdekt is, leren pimpelmezen snel van elkaar. Uit onderzoek is gebleken dat meer dan honderd pimpelmezen na elkaar een tuin kunnen bezoeken.

De pimpelmees is grotendeels een standvogel en broedt in bossen, bosschages, heggen, parken en tuinen met bomen, maar ze accepteren ook gemakkelijk nestkasten, waar ze ook vaak weer naar terug keren. Hij maakt een viltig nest van zachte plantendelen, wol, haren en veren. De pimpelmees broedt in april-juni met 1 а 2 broedsels. Per broedsel 5 tot 12 roodgevlekte, witte eieren.

Hoe zingt de Pimpelmees

Rupsen vormen het hoofdvoedsel voor het grootbrengen van jongen. Pimpelmezen hebben veel op hun menu staan: fruit, vet, vlees, pinda’s, zonnebloemkernen. In het voorjaar worden ook nectar en stuifmeel van bloesems gegeten, in de zomer vooral kleine insecten en insectenlarven. In de winter eet hij ook kleine zaden.

Reacties gesloten.

Ontdek meer van Leeuwenbergh tuinen

Abonneer je nu om meer te lezen en toegang te krijgen tot het volledige archief.

Lees verder