Bericht van de Groencommissie (zie ook pagina VOGELS LOKKEN)
Wie van vogels houdt, ziet ze graag ook in de tuin verschijnen. We lokken ze met voedsel, hangend of staand en op de juiste plek. Het is een leuke uitdaging om je tuin zo uitnodigend mogelijk te maken voor broedende vogels in de tuin.
Je tuin is aantrekkelijker voor vogels als je begroeiing in laagjes hebt. Dat wil zeggen afwisseling van hoge en lage planten en struiken. Ook hogere bomen in de omgeving zijn belangrijk.
Verder helpt het als je eetbaar groen in je tuin hebt staan. Denk aan struiken met bessen of bomen met vruchten.
Vogels zullen ook eerder in je tuin te vinden zijn als ze er nestmateriaal kunnen vinden zoals takjes, pluisjes en blaadjes. Nestjes zullen ze pas maken als er voldoende schuilplekken zijn bijvoorbeeld in doornstruiken of een heg. Wanneer je nestkastjes ophangt let er dan op dat er een rustplek is in de aanvliegroute en hang een nestkast niet in de volle zon.
Deze week het roodborstje
Het roodborstje is een tamelijk nieuwsgierig vogeltje dat we de hele winter door tegen kunnen komen in onze tuin.
Met de mooie oranjerode borst en keel is het roodborstje heel herkenbaar. Qua uiterlijk kun je niet zien of je een mannelijk of vrouwelijk roodborstje in de tuin hebt. Het is er bijna altijd één. Alleen in de broedtijd dulden roodborsten elkaars gezelschap. Jonge vogeltjes hebben nog geen rode borst maar een bruinachtige schutkleur. Gelukkig zijn de jongen goed te onderscheiden waardoor er geen territoriale gevechten uitbreken tussen volwassen en jonge dieren. Pas in de loop van hun eerste jaar kleurt de borst oranjerood.
Overwinteren of vertrekken
Iedere individuele roodborst kiest apart wat hij doet als de winter aanbreekt? Sommige besluiten weg te trekken naar het zuiden en andere overwinteren gewoon in Nederland. Per vogel kan dit per jaar verschillen, maar het zijn meestal mannetjes die overwinteren in ons land. Het kan dus zomaar zijn dat je vorige winter vaak een roodborstje in je tuin had, terwijl er dit jaar geen spoor te bekennen is van het beestje. Zij die ervoor kiezen om in Nederland te blijven, doen dat met een reden: in het voorjaar hebben zij de eerste keus voor een perfecte broedplek.
Het liefst zitten roodborstjes in (stekelige) struikgewassen of een goede laag kruiden, want dan kunnen ze zich goed verschuilen. Ze maken hun nest namelijk op de grond of net erboven, bijvoorbeeld in een boomstronk, een heg, tussen klimplanten of tussen de wortels van een boom. Het ziet er rommelig uit en bestaat uit zachte materialen, zoals bladeren en grassen. Een nestkastje wordt zelden gebruikt door roodborstjes. Van april tot en met juli is het broedtijd waarbij het vrouwtje gemiddeld twee weken op de eieren zit. Een paar heeft twee legsels per seizoen met vijf tot zeven eieren per keer.
De roodborstjes die ervoor kiezen om in ons land de winter door te brengen, hebben het niet gemakkelijk. Er bestaat een kans dat ze verhongeren, omdat voedsel moeilijk te vinden is. Zijn favoriete kostje van kevers, slakken, bessen en wormen is in het winterseizoen nauwelijks te vinden. Dat is een van de redenen dat roodborsten vaak en dankbaar gebruikmaken van voedsel dat in tuinen wordt aangeboden. Roodborstjes eten het liefst van een vlak oppervlak zoals een voedertafel.
Je kunt de roodborst een handje helpen met de volgende tips.
– Laat afgevallen bladeren en takken liggen; daar kruipen misschien nog insecten en spinnen in.
– Roodborsten eten het liefst van de grond of van een voedertafel.
– Bied zacht voedsel aan zoals zaden, droge havermout of rozijnen.
– Ze zijn dol op gedroogde meelwormen. Let wel op dat ook andere vogels als eksters dit een lekker maal vinden.
– Plant heesters met bessen die ze lekker vinden, zoals kardinaalsmuts of hulst.
– Als je op vaste tijden voedsel geeft, dan is de kans groot dat je de roodborst vaker te zien krijgt.